zaterdag 27 februari 2010

Quest: reset yourself - word spermadonor!

 
Ik zag er een groot reclamebord van bij mij om de hoek, maar was te druk met carnaval vieren toen midden februari het tijdschrift Quest uitkwam met als thema "137 tips om je leven te veranderen" (formeel het maartnummer), dus ik kocht het pas een paar dagen later. Eén van die tips was namelijk om spermadonor te worden, en de betreffende journalist had mij via e-mail een aantal vragen voorgelegd (dat was al in november), waaruit in het artikel werd geciteerd. Eigenhandig had de Quest-redactie nog een 'Tinyurl' (http://tinyurl.com/y9uqfd8) toegevoegd die naar deze blog verwijst.

 

Ik hoef hier geen reclame te maken voor de Quest, daar krijg ik niets voor. Sterker nog, ik heb het nummer zelf gekocht, want om een gratis exemplaar te ontvangen had ik mijn huisadres moeten doorgeven, en daar voelde ik niet zo voor. Toch is het - hoewel popie en druk opgemaakt - een niet onaardig tijdschrift met heel veel weetjes. Met 132 pagina's heb ik nog lang niet alles gelezen, maar ze komen wel verantwoord over waar het (wetenschappelijke) feiten betreft, en gaan op de brievenpagina ook serieus en uitvoerig op vragen en kritiek in.

 

De doelgroep van de Quest is mij niet duidelijk. Mijn associatie is met de KIJK (bestaat die nog?), maar uit de brievenpagina blijkt dat ook genoeg ouderen het lezen, en de onderwerpen zijn veel breder dan bij KIJK, die in mijn herinnering vooral over natuurwetenschappelijke zaken schreef voor een jong - vooral mannelijk - publiek. De Quest heeft ook veel sociale, psychologische en medische onderwerpen enz., die ook vrouwen zullen aanspreken. Toch verwachtte ik niet dat mijn doelgroep (wensmoeders) het veel zal lezen.

 

Helaas heb ik geen teller op mijn blog, want ik ben toch wel wat nieuwsgierig hoeveel extra bezoekers het artikel zou hebben opgeleverd. Feit is dat ik pas 1 reactie van een wensmoeder naar aanleiding van het Quest-artikel heb ontvangen. Maar dat kan ook aan mijn vorige stukje liggen, waarin ik nog maar eens duidelijk maakte dat ik toch wel echt wil doneren voor vrouwen uit de buurt (Limburg en aangrenzend gebied) en ik momenteel ook even ben 'volgeboekt'. De Limburgse en Oost-Brabantse wensmoeders die overbleven hadden het wellicht te druk met carnaval vieren om het te lezen of te reageren ;-).

 

Onderstaande versie is me op 1 december door de journalist ter goedkeuring voorgelegd, en aangezien ik geen wezenlijke kritiekpunten had, neem ik aan dat het ongewijzigd zo in de Quest is geplaatst.

 

Donor Wil

 

====================================

 

Word spermadonor!

 

Jezelf voortplanten zonder dat je ook maar één vieze luier hoeft te verschonen. Dat klinkt ideaal, toch? En wat kan je nou beter met je leven beginnen dan helpen nieuw leven te schenken? Doe iets nuttigs met je zaad: word donor.

TEKST: PAUL DE LANGE

Geen: nachtelijk babygehuil, stinkende poepluiers of jarenlange financiële verplichtingen. Wel: veel nageslacht. Wie spermadonor wordt, geeft zijn genen vaker door dan de gemiddelde 'gewone' vader. Sommige spermadonoren hebben tientallen nakomelingen. Die hoeven ze niet zelf op te voeden. De wensouders doen namelijk niets liever. Zij zijn al lang blij dat ze met behulp van de donor een kind hebben gekregen. Zo bekeken klinkt spermadonor worden voor alle partijen aanlokkelijk. Toch is er een tekort aan spermadonoren. Dat komt vooral omdat de vraag naar donoren de laatste jaren sterk is toegenomen. Vroeger meldden alleen haperende heterostellen zich bij een spermabank. Tegenwoordig kloppen daar ook lesbische koppels en alleenstaande vrouwen aan. Mede daardoor hebben spermabanken een wachtlijst van soms wel twee jaar. Mannen die bereid zijn een handje te helpen, zullen dus met open armen worden ontvangen. Toch? 

Donoren hebben superzaad
'We hebben inderdaad een tekort aan spermadonoren. Maar dat komt ook omdat helaas lang niet ieders zaad daar goed genoeg voor is,' zegt Sjoerd Repping. Hij is verbonden aan het AMC-ziekenhuis in Amsterdam als hoofd van het fertiliteitslaboratorium. Daar wordt het sperma van (aspirant) donoren onderzocht. 'Het sperma wordt ingevroren en opgeslagen in vloeibare stikstof. Dat gebeurt bij 196 graden onder nul. Vervolgens wordt het onderzocht op bijvoorbeeld soa's. En weer ontdooid voor gebruik. Bij slechts één op de tien mannen is het zaad goed genoeg om na die procedure nog te kunnen bevruchten.' Wil dat zeggen dat al die andere mannen onvruchtbaar zijn? Repping: 'Zeker niet. Maar het houdt wel in dat hun zaad ongeschikt is voor invriezing. En dus ook om donor te worden.' Wie geschikt blijkt te zijn als spermadonor, heeft dus superzaad. Reden te meer om het te doneren, zou je zeggen. Maar hoe gaat dat praktisch gezien eigenlijk in zijn werk? Repping: 'Donoren komen gemiddeld eens in de twee weken naar het ziekenhuis. Voor de productie hebben we een aparte ruimte. Die noemen we wel gekscherend het masturbatorium. Mensen hebben daar altijd hele wilde voorstellingen van, maar het is echt niets bijzonders. Het is geen steriel hok, en het is ook geen spacey ruimte. Laten we zeggen dat het er ongeveer tussenin zit. En ja, er liggen wat boekjes.'

Zeuren om zakgeld
Repping benadrukt dat sperma doneren wel even iets anders is dan bijvoorbeeld bloed doneren. De gevolgen strekken zich tot ver in de toekomst uit. Ook de wetgever heeft daar lang mee geworsteld. Heeft een kind later nou wel of niet het recht om te weten wie zijn vader is? Of is de wens van een donor om anoniem te blijven belangrijker? Uiteindelijk heeft de wetgever besloten dat het belang van het kind het zwaarst weegt. Sinds 2004 is anoniem doneren bij spermabanken daarom niet langer mogelijk. Gegevens van spermadonoren en donorkinderen worden opgeslagen door de Stichting Donorgegevens Kunstmatige Bevruchting. Daar kunnen kinderen vanaf 12 jaar terecht voor informatie over hun vader. Dan gaat het om gegevens uit het anonieme donorpaspoort. Elke spermadonor wordt gevraagd om zo'n paspoort in te vullen. Daarin staat bijvoorbeeld welke kleur ogen hij heeft, en wat zijn hobby's zijn. Vanaf 16 jaar kan een donorkind aankloppen met de vraag wie zijn vader is. Die wordt vervolgens door de stichting op de hoogte gebracht dat een donorkind contact met hem wil. Kinderen staan dus niet zomaar plompverloren bij spermadonoren op de stoep. Aan de andere kant kunnen donoren niet zelf opvragen wie hun kinderen zijn of waar ze wonen. Ze moeten afwachten of donorkinderen contact met hen opnemen. Of dat ook massaal gebeurt? De toekomst zal het uitwijzen. Overigens hebben donoren volgens de wet geen financiële verplichtingen. Een spermadonor hoeft dus niet bang te zijn dat straks tientallen kinderen om zakgeld komen zeuren.

Bloggen over sperma
Wil je donor worden, maar wel weten wie de moeder van je kind wordt? Dat is mogelijk. Want ook via internet worden volop spermadonoren gezocht. Op diverse forums zijn vrouwen of stellen op zoek naar een donor. Na het eerste contact via internet zullen donor en wensouders elkaar ergens moeten ontmoeten. De donor weet dus naar wie zijn zaad gaat. En de wensouders weten van wie het afkomstig is. Iemand die op internet zijn diensten aanbiedt, is Wil Cuijpers. De Limburgse veertiger startte juli 2009 een weblog. Via zijn blog wil hij koppels of vrouwen in zijn regio aan sperma helpen. Eerder meldde hij zich bij de spermabank, maar zijn zaad bleek niet bestand tegen invriezen. Intussen ziet hij de voordelen van zijn werkwijze. Cuijpers: 'Als je via internet te werk gaat, heb je tenminste een idee waar je zaad terecht komt. Ook kun je eventueel afspraken maken over later contact. Ik vind dat een kind recht heeft te weten waar het vandaan komt. Wanneer je aan een spermabank doneert, is dat bij heteroparen nooit zeker. Als die dat willen, kunnen ze voor het kind verzwijgen dat er een donor is geweest.'

Geen gezin stichten
Toch was het helpen van anderen voor Cuijpers niet de enige reden om spermadonor worden. 'Voor mij is nageslacht het belangrijkste motief. Om anderen te helpen zijn er simpeler methoden, zoals geld overmaken voor een goed doel of vrijwilligerswerk. Zelf zie ik mij geen gezin meer stichten. Voor een man met een kinderwens is dit bijna een ideale manier om toch zijn genen door te geven. Zeker voor iemand die ook weer niet dagelijks met opvoeding bezig hoeft te zijn.' Bang dat hij zich te veel aan de kinderen zal hechten, is hij niet. 'Ik ben eerder bang dat het later misschien niet botert tussen mij en de kinderen. Of dat ze niet goed terecht komen. Wel hoop ik met sommige kinderen iets van contact te houden. Maar dat initiatief laat ik bij de opvoeders en het kind.' Hoe het doneren in de praktijk gaat? Op zijn website doet Cuijpers daar kort verslag van. Het komt erop neer dat hij zich op een gegeven moment met een leeg potje terugtrekt. En enige tijd later met een gevuld potje terug komt. Voordat de wensmoeder met de inhoud aan de slag gaat, is de donor alweer op weg naar huis.

Seks werkt niet
Want één ding is duidelijk: seks als motief gaat niet werken. Wie op meer hoopt dan het heren enkelspel kan beter geen spermadonor worden. Op internet krijgen seksueel getinte voorstellen in forums nooit een serieuze reactie. En juridisch gezien is het ook al niet aan te raden. Volgens de wet ben je dan namelijk geen donor meer, maar verwekker. Met alle mogelijke gevolgen van dien. Dan kon een kortstondig pleziertje nog weleens een flinke financiële nasleep krijgen. Van zo'n jaar of achttien.



Meer info
Stichting Donorgegevens
http://donorgegevens.nl/
Website met veel informatie over rechten en plichten van spermadonoren.
Freya
http://www.freya.nl/
Vereniging voor mensen met vruchtbaarheidsproblemen. Informatie voor mannen die overwegen spermadonor te worden.

 

___________________

 

(In kaders:)

 
Vrouwen doneren ook
Sperma doneren is uiteraard voorbehouden aan mannen. Kunnen vrouwen dan niets betekenen voor koppels bij wie het niet wil lukken? Toch wel: ook vrouwen kunnen hun steentje bijdragen. Of liever gezegd hun eicel. Bij sommige vrouwen met een kinderwens zijn de eicellen niet goed (meer), of op. En voor een bevruchting heb je nou eenmaal een zaadcel en een eicel nodig. In zo'n geval kan een andere vrouw enkele eicellen afstaan. Die worden vervolgens in reageerbuisjes bevrucht met de zaadcellen van de man. Een eenvoudig proces is dat niet, ook niet voor de donor. Die moet vaak een hormoonkuur ondergaan. De meeste vrouwen ervaren dat niet bepaald als prettig. Hetzelfde geldt voor het weghalen van de eicellen. Dan wacht mannelijke donoren toch een iets aangenamer klusje. 

Nieuwe invasie van Vikingen?
Voor het geld hoef je geen spermadonor te worden. Handel in organen is verboden, en een vergoeding krijgen voor sperma dus ook. Tenminste: in Nederland. In sommige andere landen valt wel geld te verdienen met het doneren van zaad. Het Deense commerciële spermabedrijf Cyros doet bijvoorbeeld goede zaken. En niet alleen in Denemarken. Andere landen met een spermatekort importeren Deens zaad. In België gebeurt één op de twee kunstmatige zwangerschappen met zaad van Cyros. Ook in Engeland en Amerika maakt men gebruik van de diensten van het bedrijf. Er lopen dus steeds meer halve Denen rond. Al heeft Cyros ook Nederlandse mannen in hun klantenbestand.
Website:
http://dk.cryosinternational.com/ 

Zoon ontmoet dochter
Nederlandse spermabanken hanteren een maximum aantal kinderen per donor. Vaak ligt dat rond de 20 tot 25 kinderen per donor. Waartoe die bovengrens dient? Anders wordt de kans te groot dat twee kinderen van dezelfde donor elkaar toevallig ontmoeten. Die weten dan niet dat ze halfbroer en -zus zijn. Mochten ze elkaar erg leuk vinden, kan dat complicaties opleveren wanneer ze kinderen krijgen. Het AMC in Amsterdam hanteert een maximum van 15 gezinnen per donor. Binnen een gezin kan een donor wel meer kinderen hebben. Maar die kennen elkaar als broer en zus. Dan bestaat dus niet het gevaar dat ze elkaar later op latere leeftijd ontmoeten zonder te weten dat ze familie zijn.   

Elk voordeel...
Volop je genen verspreiden en tegelijkertijd anderen helpen. Spermadonor worden heeft zo zijn voordelen. Maar het is niet iets wat je zomaar even doet. Er kleven natuurlijk ook nadelen aan, en praktische bezwaren. Om er een paar te noemen:
– Bij de spermabank moet je zo'n twee keer per maand doneren. Soms wel twee jaar lang.
– Voor het beste resultaat kan je de twee dagen daarvoor beter geen zaadlozing hebben.
– Als je later contact wilt met je nakomelingen, moet je maar afwachten of je dat krijgt.
– Dat je al nageslacht hebt kan een eventuele toekomstige partner afschrikken.